Taalstraat 145-147: Parva Domus
Getekend door René Jasker
Parva Domus was een belangrijk gebouw aan de Taalstraat in de gemeente Vught. Dit gebouw was van de grootgrondbezitter Ewald Marggraff. Parva Domus zou als monument moeten worden aangemerkt met als gevolg dat Marggraff deze verplicht zou moeten opknappen. Na jaren over en weer hierover allerlei rechtszaken te hebben gevoerd moest er uiteindelijk een besluit komen. Marggraff voerde als argument tegen het opknappen echter steeds aan dat het gebouw keer op keer verbouwd was en dus niet meer als monument kon worden beschouwd. Tijdens de rechtszaak waren er twee afgevaardigden van de gemeente Vught die tijdens deze laatste zitting het onverwachte ultieme bewijs van het tegendeel meenden te hebben gevonden: foto's van balken van de zolder van het pand met brandmerken uit de 17e eeuw. Marggraff had dit totaal niet verwacht. Hij dacht echter twee seconden na en zei toen: "Ach het pand is na de Tweede Wereldoorlog gerestaureerd en die bewuste balken komen van een oude boerderij ter restauratie." Het resultaat was dat het pand niet op de monumentenlijst kwam, ging vervallen en uiteindelijk werd afgebroken. Het pand had echter wel degelijk historische waarde, vanaf 1620 woonde de adellijke familie Van der Stegen. Nicolaas van der Stegen 'de jonge' was de secretaris van Willem van Oranje. Hierdoor kreeg het de bijnaam 'den prince van Oranje' mee. Aan het einde van de 17e eeuw werd het huis een herberg nadien werd het gesplitst in twee woonhuizen Domus Rosalia en Parva Domus.
Het oorlogsgeweld bracht grote schade toe, waarna het huis nog eenmaal een kleine restauratie kreeg. Na het afbreken van het pand zou Ewald Margraff 100.000 gulden krijgen. Dit heeft hij nooit gehad van de gemeente.
Het oorlogsgeweld bracht grote schade toe, waarna het huis nog eenmaal een kleine restauratie kreeg. Na het afbreken van het pand zou Ewald Margraff 100.000 gulden krijgen. Dit heeft hij nooit gehad van de gemeente.
Domus Rosalia en Parva Domus in 1915, Bron: BHIC